Picanha van de BBQ

In Zuid-Amerika het meest gegeten stuk vlees: Picanha. In het Nederlands ook wel staartstuk genoemd. Geweldig om klaar te maken, en ook nog eens heerlijk om te eten. Je voelt je een echte barbecue-baas als je met een Picanha aan de slag kan gaan. In dit recept gaan we hem in zijn geheel klaarmaken. Belangrijk om een kerntemperatuurmeter te hebben.

Picanha voorbereiden

Aller eerst snijden we de vetzijde kruislings in. Zorg dat je niet te diep snijd zodat je het vlees raakt. De ruiten zijn ongeveer 2 centimeter groot. Daarna wrijf je de picanha in met grofzeezout. Laat dit gerust even intrekken. Net voordat je gaat grillen leggen we de vleeszijde ook even op het zout, dit zout wrijven we er weer vanaf.

Picanha grillen

De eerste fase grillen we de picanha op indirecte kolen op de vleeszijde. Dit kan op een kamado of kettle barbecue. Je hebt in ieder geval een barbecue met een deksel nodig. Zorg dat je een kerntemperatuur van 48 – 50 graden bereikt, beetje afhankelijk wat je lekker vindt qua gaarheid (medium rare – medium).

Heb je de temperatuur bereikt dan haal je de picanha eraf en leg je hem onder een vel aluminiumfolie. Niet te strak inpakken. Stook nu je barbecue hoog op, rond de 200 – 225 graden. Als je een kettle barbecue hebt dan is het raadzaam om vooraf, wanneer het vlees rond de 45 graden is, als een brikettenstarter op te stoken zodat je niet een te lange tijd hebt tussen het opstoken en het afgrillen.

Nu gaat de vlam erin! Omdat het vet warm is geworden zal het snel gaan smelten, pas daarom een beetje op met je vingers. We grillen de picanha af tot de gewenste kerntemperatuur. Beweeg het vlees, met de vet kant naar beneden, over het rooster zodat je een gelijkmatige krokante korst krijgt.

Ben je nu helemaal fan van picanha? Probeer dan ook eens deze variant vanaf het spit!